EPC NR zet stappen richting koolstofvrije schoolgebouwen

“Op het moment van de overdracht (uiterlijk op de datum van het verlijden van de akte of het vestigen van het opstalrecht of de erfpacht) moet het EPC NR aan de nieuwe eigenaar of nieuwe huurder bezorgd zijn”, meldt de Vlaamse Overheid. “Uitzonderingen gelden voor tijdelijke constructies (minder dan twee jaar in gebruik) en kleine alleenstaande gebouweenheden met een bruikbare vloeroppervlakte kleiner dan 50 m².”

De verplichting om over een EPC NR te beschikken, zal geleidelijk verscherpen tot elke grote niet-residentiële gebouweenheid in 2026 over een EPC beschikt, ook zonder dat zeovergedragen of verhuurd wordt. Zo moet vanaf 1 januari 2025 iedere grote niet-residentiële gebouweenheid met een bruikbare vloeroppervlakte van 1.000 m² of groter over een EPC NR beschikken, ongeacht overdracht of verhuur. En vanaf 1 januari 2026 moet elke grote niet-residentiële gebouweenheid met een bruikbare vloeroppervlakte kleiner dan 1.000 m² een EPC NR bezitten, ongeacht verkoop (en andere overdrachten) of verhuur. Omdat de overheid een voorbeeldfunctie heeft, zet ze enkele stappen echter reeds vroeger. Voor eenheden in een publiek of overheidsgebouw geldt dus een andere tijdslijn.

Voorwaarden

Het EPC NR geeft de energiezuinigheid weer van een gebouweenheid die benut wordt als kantoor, school, winkel, ziekenhuis, … en toont hoeveel inspanningen nog vereist zijn om ze te renoveren tot een koolstofneutrale gebouweenheid. Het wordt opgesteld per niet-residentiële gebouweenheid, is vijf jaar geldig en omvat twee onderdelen die elkaar aanvullen: een energiescore en een energielabel (van G tot A) dat de energieprestatie van de gebouweenheid weergeeft op een schaal van rood (slecht) naar groen (goed). Het EPC NR bevat ook aanbevelingen om een niet-residentiële gebouweenheid nog energiezuiniger te maken. Deze aanbevelingen zijn echter slechts richtinggevend en dus niet verplicht.

Het EPC NR vormt een hulpmiddel om eigenaars op lange termijn te begeleiden naar koolstofneutraliteit en om kandidaat-kopers of -huurders in te lichten over de energieprestatie van de eenheid die ze willen kopen of huren. De eigenaar van een kleine niet-residentiële (kNR) gebouweenheid kan in plaats van een EPC NR een EPC kNR laten opmaken. De opmaak en de inhoud van dit EPC kNR gelijkt op het EPC voor residentiële eenheden en is ontwikkeld voor kleine niet-residentiële gebouweenheden die sterke gelijkenissen vertonen met woningen op het vlak van o.m. architectuur, installaties, materialen en gebruik.

Procedure

Het opstellen van een EPC NR brengt een aantal taken en verantwoordelijkheden met zich voor de gebouweigenaar of diens gevolmachtigde, de energiedeskundige en de gebouwgebruiker. Zo wordt het opgemaakt door de eigenaar van de eenheid of de houder van een zakelijk recht (erfpachter of opstalhouder) en diens opdrachthouder, lasthebber of gevolmachtigde. Bij het te koop en te huur stellen moeten een aantal elementen uit het EPC vermeld worden in de advertenties of bekendmakingen hiervoor. Deze verplichte vermelding van EPC-gegevens in advertenties geldt overigens niet alleen voor eigenaars, maar ook voor o.a. makelaars en notarissen. De gebouweigenaar moet ook minstens jaarlijks de meterstanden registreren die nodig zijn voor de bepaling van het hernieuwbare aandeel in het kader van het EPC NR. Deze jaarlijkse meteropnames mogen door een energiedeskundige type D of een interne medewerker (bv. een gebouwbeheerder of syndicus) gebeuren. De richtlijnen voor de opname van deze jaarlijkse metingen worden door het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) vastgelegd.
 

Het EPC NR wordt opgemaakt door een erkende energiedeskundige type D. Hij of zij doet de vereiste vaststellingen tijdens een plaatsbezoek en heeft o.a. oog voor de isolatiematerialen, de ramen en de installaties voor verwarming, koeling, warm water en ventilatie. Daarnaast registreert deze energiedeskundige de meterstanden en metingen van hernieuwbare technologieën op de site. Hij of zij maakt tevens gebruik van bewijsstukken: documenten van de eigenaar of gebouwbeheerder die de aanwezigheid van isolatie, materialen of toestellen aantonen. De energiedeskundige type D gebruikt een softwareprogramma van de overheid om het EPC NR op te maken.

Gebouwgebruikers ten slotte moeten op vraag van de gebouweigenaar alle noodzakelijke energiegebruiksgegevens aanleveren om het energielabel voor het EPC NR te kunnen bepalen.

Kostenplaatje

Er is geen vaste kostprijs vastgelegd voor een EPC NR. Dit bedrag hangt af van de grootte en de complexiteit van het gebouw en de verplaatsingskosten van de energiedeskundige type D. Je vergelijktdan ook best de prijs en de kwaliteit van verschillende energiedeskundigen. Noch de nieuwe eigenaar noch de verhuurder of verkoper kan de kostprijs van het EPC NR inbrengen in zijn of haarbelastingaangifte.